Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], [68]Maar dit land zal worden tot een verwoesting, [69]zijner inwoners halve, vanwege de [70]vrucht hunner handelingen. 68. Of, nadat, of als dit land zal geworden zijn, enz., of evenwel, nochtans zal dit land, versta Kanaan. Dit is eerst geschied ten tijde der Babylonische verwoesting, en naderhand bij de tijden van het Nieuwe Testament, en gaat voort nog vast ten huidigen dage. Verg. Dan.9:26,27, enz. 69. Of, met zijne inwoners. 70. Dat is, verdienste, loon. Zie Spreuk.1:31.